24 kilometer uit de kust moet het verrijzen: het windpark Borssele III/IV met 77 windmolens. Met het blote oog vanaf het vasteland alleen te zien op een heldere dag.
De grootste turbines in het gebied hebben rotorbladen van 81 meter, een diameter van 164 meter en de totale hoogte van meer dan 200 meter. Dus nog hoger dan de Euromast. Het consortium van Eneco, Partners Group, DGE (onderdeel van Mitsubishi Corporation) Shell en Van Oord is onlangs begonnen met de bouw.
De eerste ‘monopile’, de fundering voor windmolens, is in oktober verscheept vanuit Rotterdam naar Borssele III en IV. In totaal wordt er in het gebied straks ruim 730 megawatt aan duurzaam vermogen opgesteld, vergelijkbaar met het jaarlijkse stroomverbruik van zo’n 825.000 huishoudens. In 2021 moet het park elektriciteit leveren en volledig operationeel zijn.
“Deze windturbines waren écht de allergrootste op de markt toen de plannen gesmeed werden een paar jaar geleden”, vertelt hoogleraar Gerard van Bussel van de TU Delft. Maar de ontwikkeling gaat in razend tempo door, volgens van Bussel “De fabrikant van de windturbines voor Borssele III/IV levert inmiddels ook een 10 MW-versie. Een andere fabrikant heeft de afgelopen maanden op de Maasvlakte in Rotterdam een spiksplinternieuw prototype geplaatst. Dit is de grootste windturbine van de wereld, met een rotor diameter van 220 meter en een vermogen van 12 megawatt”
“Deze windturbines waren écht de allergrootste op de markt toen de plannen gesmeed werden een paar jaar geleden”, vertelt hoogleraar Gerard van Bussel van de TU Delft. Maar de ontwikkeling gaat in razend tempo door, volgens van Bussel “De fabrikant van de windturbines voor Borssele III/IV levert inmiddels ook een 10 MW-versie. Een andere fabrikant heeft de afgelopen maanden op de Maasvlakte in Rotterdam een spiksplinternieuw prototype geplaatst. Dit zijn de grootste windmolens van de wereld, met een rotor diameter van 220 meter en een vermogen van 12 megawatt.”
Schaalvergroting
Welke rol het windpark speelt in de Nederlandse energietransitie? Van Bussel: “Je kunt zeggen: het is máár 700 megawatt? Maar het is een schaalvergroting. Het eerste offshore “parkje” in Nederland was 108 megawatt. Nu gaat het om ruim 700 watt in één keer.
Toch moet dat nog veel meer worden in Nederland. “Als het goed is hebben we in 2020 5.000 megawatt windvermogen opgesteld in Nederland, waarvan 1700 megawatt op zee”, legt de hoogleraar uit “We lopen dus nog flink achter op het beoogde doel van 6000 megawatt op zee. En als je het Klimaatakkoord ziet moet dat nóg veel meer gaan worden. In het Klimaatakkoord wordt sterk ingezet op de verdere elektrificatie van Nederland. Borssele III/IV is een voorbeeld van de schaalvergroting die we nodig hebben.”
Klimaatakkoord
Met de bouw van de offshore windmolens helpt Eneco Nederland omschakelen naar duurzame en betaalbare energie. Ook is het een belangrijke stap richting het behalen van de klimaatdoelstellingen. Het klimaatakkoord moet zorgen voor een vermindering van broeikasgassen met 49 procent in 2030 en 95 tot 100 procent in 2050 om opwarming van de aarde tegen te gaan. En dus moeten er flinke veranderingen doorgevoerd worden om over dertig jaar een compleet CO2-vrij elektriciteitssysteem te hebben.
Nog vóór dat de bouw van Borssele III/IV startte, was de stroom die nog opgewekt moet worden al bijna ‘uitverkocht’. Onder andere Koninklijke DSM, Microsoft Nederland, Royal Schiphol Group en Stedin werken samen met Eneco. Stuur je bijvoorbeeld een mail via Outlook? Dan waait die binnenkort op Nederlandse windenergie naar de ontvanger toe.
Leiderschap
De partners van Eneco nemen stuk voor stuk voor de lange termijn groene stroom af. De reden is vaak overeenkomstig. “Dit soort partijen laten natuurlijk leiderschap zien”, legt directeur offshore wind van Eneco Ruben Dijkstra uit. “Ze lopen voorop in de transitie van Nederland. De koppeling tussen wat wij aan de investeringskant doen en zij aan de afnamekant, maakt dat we vooruitgang boeken in de energietransitie.”
“In totaal moet er op zee nog twintig keer meer opgewekt gaan worden dan Borssele III/IV, dus we hebben nog wat werk te doen met z’n allen”, zegt Van Bussel. “Maar Borssele III/IV laat wel zien hoe we relatief grote offshore windparken kunnen realiseren de komende tien jaar.”
Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met Eneco.